GroenLinks is zoals bekend in principe een voorstander van de transitie jeugdzorg omdat de zorg voor kinderen dan dichterbij huis georganiseerd kan worden en geïntegreerd in een breder jeugdbeleid van de gemeente. GroenLinks ziet daarin kansen voor vernieuwing, versimpeling en ook voor betere signalering en preventie. Maar de bezuinigingen en vooral de stapelingseffecten die terecht komen bij gezinnen, baren ons zorgen. GroenLinks verwacht dat de werkelijke financiële effecten van de transitie pas na een aantal jaren echt zichtbaar zullen zijn. In een artikel in NRC van 16 september staat dat wethouders in Zuid-Hollanddeze zorgen delen (zie bijlagen). De bezuinigingen lijken in werkelijkheid namelijk veel hoger uit te vallen dan de percentages die het kabinet eerst noemde. Zij willen nu eerst helderheid alvorens ze het transitiearrangement indienen. GroenLinks heeft hierover de volgende vragen gesteld aan Gedeputeerde Staten:
Vraag 1: Heeft GS een duidelijk beeld van welke bezuinigingen er op gemeentes in Flevolandafkomen? Zo ja, om welke percentages gaat het per gemeente? Zo niet, bent u bereid om dit te inventariseren?
Vraag 2: Wat is het standpunt van GS over de hoogte van de bezuinigingen op jeugdzorg en de ingangsdatum en het ontbreken van een afbouwpad?
Vraag 3: Heeft de gedeputeerde ook in Flevoland de laatste tijd signalen van wethouders gekregen dat zij zich zorgen maken over dat de bezuinigingen hoger uitvallen dan verwacht?
Vraag 4: Als de bezuinigingen hoger uitvallen dan verwacht, wat betekent dat dan voor de werkgelegenheid en de frictiekosten in de jeugdzorgsector?