In de brief stellen we vragen om de vredesvlag te hijsen als statement voor vrede in Israël en de Palestijnse gebieden. Ook hebben we via de Commissaris, het College gevraagd zich uit te spreken tegen antisemitisme en andere vormen van discriminatie zoals Islamofobie als gevolg van het conflict in Gaza.

Lees hier wat er in de brief staat en het antwoord van het College:

De onrust in onze samenleving neemt alsmaar toe als gevolg van het langdurig conflict in Gaza. Het meest recente voorbeeld zijn de studentenprotesten bij de Universiteit van Amsterdam, niet heel ver van Flevoland. Onze provincie staat niet op een eiland. De vreselijke terroristische aanval op 7 oktober door Hamas en de verschrikkelijke beelden van verwoestingen en vele duizenden onschuldige slachtoffers in Gaza door Israëlische militaire aanvallen laten Flevolanders niet onberoerd. Dit leidt helaas ook tot onveilige situaties zoals recentelijk op een kermis in de Noordoostpolder als gevolg van het wangedrag van rellende jongeren. 
Hoewel het provinciaal bestuur van Flevoland geen directe invloed kan uitoefenen op het menselijk lijden in het Midden-Oosten heeft zij wel een verantwoordelijkheid naar de Flevolandse samenleving. De Flevolandse samenleving staat onder druk en lijkt verre van de krachtige samenleving die wij nastreven in Flevoland.

 De fracties van PvdA, GroenLinks en PvdD Flevoland vragen de Gedeputeerde Staten van Flevoland om:

  • de vredesvlag te hijsen als statement voor vrede in Israël en de Palestijnse gebieden, Oekraïne en in andere conflictgebieden.
  • zich uit te spreken tegen antisemitisme en andere vormen van discriminatie zoals Islamofobie als gevolg van het conflict in Gaza. We moeten het conflict niet importeren naar onze samenleving.
  • zich nadrukkelijk uit te spreken voor het grondrecht op vreedzame demonstraties en protesten.

 Het college antwoordt, via de commissaris, dat het verzoek van de statenfracties van PvdA, GL en PvdD zorgvuldig is overwogen, maar niet zal ingaan op ons verzoek. Het college is namelijk uiterst terughoudend in maatschappelijk vlagvertoon bij het provinciehuis. “De vlaggenmasten vormen geen podium voor opvattingen of meningen, maar dienen enkel en alleen als herkenningspunt en als symbool van de betekenis van het gebouw: namelijk het hoofdgebouw van de provinciale overheid van Flevoland, onderdeel van Nederland en van Europa. Uit een oogpunt van respect en gastvrijheid wordt daarnaast bij formeel bezoek uit het buitenland gevlagd met de vlag van het land van herkomst van het bezoek. 
Een uitzondering is wanneer vlagvertoon zo algemeen aanvaard en onomstreden is dat daarmee de positie van het provinciebestuur redelijkerwijs geen onderwerp van debat kan worden. Dan gaat het bijvoorbeeld om het herdenken van overleden provinciale functionarissen of om het volgen van de landelijke vlaginstructie van de minister-president. Elke andere uitzondering leidt altijd tot discussie tussen voor- en tegenstanders van vlagvertoon en tot debat over de positie van de provincie. Dat geldt inmiddels zeker rondom het conflict tussen Israël en Hamas, zoals het ook zal gelden in tal van andere kwesties van strijd, geweld of onrecht in de wereld. Als provinciale overheid kan de provincie zich dat niet veroorloven en ze is ook niet gehouden dat zichzelf aan te doen. GS zullen daarom niet meewerken aan het verzoek om de vredesvlag te hijsen”.

Over het uitspreken tegen antisemitisme en andere vormen van discriminatie en voor het grondrecht op vreedzaam demonstreren vindt het college dat dit vanzelfsprekend is: “De overheid beschermt de grondrechten, treedt op tegen onrecht en verstoring van de openbare orde en veiligheid en leeft in haar verkeer met burgers de regels van de rechtsstaat na. Dat hoeft door overheidsorganen niet demonstratief uitgesproken te worden om waar te zijn.”

Wel nodigt het college onze en alle andere partijen uit, onze rol te nemen bij het voeren van het inhoudelijke debat in de samenleving en bij het beschermen ervan tegen onredelijkheid en onverdraagzaamheid.

Dat zullen we zeker gaan doen, nu we een landelijk programakkoord hebben, waarin maatregelen worden voorgesteld die strijdig zijn met de rechtstaat, de Grondwet, Europese en Internationale verdragen.