Vanaf de tijd dat ik mocht stemmen, koos ik voor de PPR. Dat was in de jaren tachtig. We verzamelden ons om te demonstreren tegen kruisraketten. Ik deed mee aan de demonstratie in Den Haag in 1983. Ik zal het nooit vergeten.

De dienstplicht riep en ik weigerde die. Uiteindelijk hoefde ik niet, want ik was getrouwd, had een inkomen en werd buitengewoon dienstplichtig verklaard.

De PPR ging in 1990 op in GroenLinks en dus stemde ik steevast op deze partij. Maar ik miste door de jaren heen het linkse geluid. GroenLinks werd vooral Groen en te weinig Links.

Je kunt weglopen en zeggen dat ze het niet goed doen, maar dat doe ik niet.

Dus ik pak de handschoen op om het stuur links te houden en aandacht te vragen voor het sociaal domein, voor werkgelegenheid, voor kansen voor iedereen.

Ik ben een vakbondsman. Ik vind dat GroenLinks een liberale linkse partij moet zijn met oog voor kansen. Voor mensen die de kansen missen of zelfs niet zien. Maar dat mag niet ten koste gaan van ons leefgebied.

Ik heb eerbied voor de aarde, de lucht en het water. Het leven om ons heen. Dieren, mensen. Maar als ik vuur zie, kom ik in beweging. Voel ik de passie en golft het geloof in me dat het kan. Een menswaardige samenleving.

En wij mensen hoeven die alleen maar te bouwen.